
DE VERTEDERENDE PLAATJES op deze pagina spreken eigenlijk voor zichzelf.
Hank heeft iets met landgeiten, dat zal je inmiddels duidelijk zijn. Dat zit zo.
Hank's echtgenote kreeg als klein meisje een jong geitje voor haar verjaardag
van haar oom toen ze vier was. Die oom kwam dat levende kadootje op de motor
brengen.
Hij was gehuld in een zwartleren jas. Onder die jas zat een flinke bobbel.
Daaronder zat haar kadootje. De melkgeit was jarenlang de huisgeit van de
familie.
Inmiddels is de liefde overgeslagen naar een ander ras; de Nederlandse Landgeit.
Ooit bijna uitgestorven, inmiddels zijn er weer een flink aantal.
Hieronder zie je een Quick-time filmpje vlak na een geboorte. Het lam is is net
geboren en wordt door moeder en oma schoongelikt. Klik op de foto voor de vergroting,
of speel onderstaand filmpje af.

DE GEBOORTE.
Het geboortekanaal van deze moedegeit heeft zich sterk naar achteren uitgerekt
en is best ongewoon. Wat wel gewoon en gewenst is dat het hoofdje als eerste
verschijnt. Daarmee is het breedste gedeelte van de geit al naar
buiten en kan het jonge dier al sneller zelf ademhalen.
Rechts op de foto zwiept het staartje van de eerst geborene. Achter het jonge geitje zie je
de uier van de moeder die flink uit de kluiten gewassen is. Wat ook niet
alledaags is, is het feit dat deze geit maar liefst drie jongen heeft gekregen.
Als je op de foto klikt, zie je haar uitgeput liggen.
Haar twee eerste lammeren nog drijfnat tegen haar aan. Ze verzamelt haar
krachten voor de geboorte van lam nummer drie.

IS DIT EEN LEKKER KOPPIE OF NIET?
Het is de rest van het geitlam waarvan je hierboven alleen het staartje van
ziet. Het stamboek van de Nederlandse landgeit schrijft elk jaar een letter
voor, waar de namen van de nieuwe generatie mee moeten beginnen. In 2007 is dat
G. Aangezien dit gitzwarte dier een geitje is, wordt zij Gitta genoemd.
Wat een schande en
dieronvriendelijk is, is het feit dat er straks twee, jawel twee!, grote gele
oormerken die oortjes van in deze beestjes moeten. En dat in een tijd dat
paarden, honden en katten gechipt worden, worden deze dieren nog opgezadeld met
een piercing in beide oren waar ze niet om gevraagd hebben. Ontstekingen, gaten
kunne het gevolg zijn. Dus partij voor de dieren zet hem op!, nee zet ze af!
HET VERHAAL VAN DE GEIT is ook het verhaal van de houder. Uit historische
gegevens weten we inmiddels vrij goed, en om welke redenen, in voorgaande eeuwen
de geiten-houders waren. Een treffend voorbeeld kun je lezen in 'Kinderen van
het platteland' van J. Niemeijer uit de dertiger jaren van de vorige eeuw.
De tijd van de prenten van Cornelis Jetses dus. De werkelijkheid toen was veel
minder rooskleurig dan de prenten van Jetses doen vermoeden. Eén
persoon vertelt dat ze haar vader, op een zeldzaam moment, huilend aantrof bij
de te vroeg overleden geit waardoor het jonge gezin niet langer over melk
beschikte.
GEITENMELK
kopen we tegenwoordig bijna altijd, ook als we zelf geiten hebben, bij de
biologische of gewone detaillist. Compleet andere tijden dus. Vaak beoefenen de houders
een beroep dat ten tijde van Napoleon nog niet bestond. De achternaam Molenaar
of Scheper was anders dan programmeur of accountant of wellicht Operations Manager
geweest.
De Nederlandse Landgeit is van een nood-zakelijk producent van nuttig en schaars
goed, tot een luxe dier verworven omdat we de producten nog zelden echt
gebruiken. Jos Verdonk uit Katlijk, hiernaast links op de foto, is daar een uitzondering op. Hij maakt
nog steeds voortreffelijke geitenkaas. Wie daar een stukje van kan kopen of
bemach-tigen, haalt met recht een delicatesse in huis.

VEILIG EN WARM
tegen de kont van moeder én in het zonnetje, wat wil
een jonge geit nog meer? Het leven is zorgeloos op die leeftijd. Ook voor jonge
geitlammeren. Voor boklammeren lacht het leven trouwens wat minder, maar vooral
korter toe.
Met veel jonge bokjes loopt het slecht af. Alleen de allermooiste jongens
ontsnappen aan de koopman en dus slager. De meeste geitenhouders houden niet van
bokken omdat ze zo sterk zijn, letterlijk apart aan de ketting moeten en vrijwel
altijd op jacht zijn naar vrouwelijk schoon. Dus moet je oppassen voor
ongewenste dekkingen en In dat laatste geval ligt vaak inteelt op de loer.

DE MOEDERS rondom het kleine spul. Alsof het een scène rondom een zandbak
in de stad is. Flauwekul natuurlijk. Alle foto's op deze pagina's zijn wat je
'lucky shots' noemt. FDe hele meute beweegt continue van links naar rechts, van voor
naar achteren. Even poseren voor de fotograaf is er niet bij.
De Nederlandse Landgeit bepaalde eeuwen-lang het gezicht van de geitenstapel in
ons land. Het ras is goed aangepast aan ons kli-maat. Door kruising met meer
productieve buitenlandse rassen was de Nederlandse Landgeit bijna
uitgestorven.
Hieronder een filmpje van onbezorgd spelen-de jonge
geitjes en bokjes. Ik zou zeggen, droom samen met Hank even weg. En als z'n
voorgevoel klopt, wordt je erg vrolijk en rustig van dit tafereeltje...

IN
DE VIJFTIGER JAREN
van de vorige eeuw waren er nog maar enkele exemplaren
overgebleven. Vanaf die tijd heeft een groeiende groep enthousiaste fokkers het
ras voor uitsterven behoed. Er zijn nu ongeveer 1200 geiten en 200 bokken
ingeschreven in het stamboek van de Landelijke Fokkersclub Nederlandse
Landgeiten (LFNL)
Geitenmelk is trouwens qua samenstelling vergelijkbaar met koeienmelk, maar er zijn
belangrijke verschillen. De vetzuurmolecu-len zijn kleiner dan het vet van koeien
en dus makkelijker te verteren. Het helpt vaak tegen allergie en eczeem.
Als je een koemelk allergie hebt, blijk je vaak wel goed tegen geitenmelk te
kunnen. Geitenmelk is ook een volwaardige vervanger van sojamelk.

DAT DE NEDERLANDSE LANDGEIT
of liever de landgeitenbok in oude tijden een belangrijk en wezenlijk dier was,
blijkt wel uit de vele spreekwoorden en gezegden. Het schijnt dat men vroeger de
onplezierige obstakels in het leven van de mesn ging vergelijken met een
diersoort. We kennen er vele, honger als een paard bijvoorbeeld Er zijn er meer
dan zestig spreekwoorden over paarden. Ook over honden. Maar ook onze
onwelriekende vriend, de bok, heeft er ook vele.
Een kleine bloemlezing. Een bokschieten, zich
lelijk vergissen. Afkomstig van bokken-sprong. Het
is moeilijk een bok te schieten door de sprongen die hij kan maken wanneer hij
zich bedreigd voelt. De bokken pruik op hebben.
slecht gehumeurd zijn. Bokkig zijn is nors.
HIERONDER
een pasgeboren geitje. Maar we zaten nog midden in de spreekwoorden. Zoals;
een oude bok lust nog wel een groen blaadje. Oude
mannen hebben graag een jonge vrouw. Oude bokken hebben
stijve hoorns. Ouden mannen zijn eigenzinnig. Hij
zit als een bok op de haverkist. Als er iets te halen valt is hij er als
eerste bij. Hij zal van een bok dromen Hij zal zich
nu moeten waarmaken. Hij heeft de bok aan het touw;
hij is dronken. In het Fries is daar zelfs een liedje over: Hy hat de bok oan 't
tou, hy hat byt. Hij springt als bok op Jasper. van
het hak op de tak. Hij zit als een bok vol keutels.
Hij zit vol grappen en streken. De bok is vlug en sterk en
doet met vreugde zijn werk. Al zijn de geiten nog zo snel, de bok achterhaalt en
snipt ze wel. Als je het over waarheid hebt, kun je dat vanuit een
wijsgerige invalshoek bekijken, maar dan kom je van Bok op
Jasper. Dit is een Zaanse uitdrukking en
tenslotte nog deze; De bok is vet!
Kortom; het gaat ons allen goed!

De
foto's en de filmpjes op deze pagina zijn van Hank Dussen.
Lees alles!
|