
DE DIKRANDTONDERZWAM
, Stefanie Terpstra attendeerde Hank op de juiste naam, is een vaak geziene paddenstoel op zowel levende als dode bomen. De soort komt
het gehele jaar voor. De boeken zeggen dat de zadelzwam een bijzondere voorkeur
heeft voor de iep en beuk. Hier zit hij op een 150 jaar oude es. Soms komt de zadelzwam ook
hoog boven de grond voor en kunnen ze heel groot worden. Een paar jaar geleden
haalde Piet van der Berg er met een groot exemplaar de 'De Stellingwerf' mee.
Het paddenstoelenboek zegt
verder: 'Het is de necrotrofe parasiet of saprotroof op stronken, stobben en
stammen van loofbomen en veroorzaakt witrot. Je zou denken dat de bewuste boom
z'n beste tijd heeft gehad.

DE KLEINE BUNDELZWAMMEN
staan met tientallen
op een oude vermolmde boomstronk. De hoedjes zijn net eigeel met eierdooiers in
het midden. Ze glimmen ook zo mooi en zien er smakelijk uit. Dat zijn ze ook. Ze
smaken net zo kruidig als cantharellen. Alleen de steeltjes zijn een beetje
taai.
Hank is blij met deze foto van de 'kuehner-omyces pholiota mutabilis' .
Als je op de foto klikt voor de grotere versie, zie je een tafereeltje
dat volgens hem zo in 'Landleven' kan. Een magazine voor buitenwonen en
buitenleven... Waarvan akte.

EEN WITTE BOVIST
zouden ze in Duitsland zeggen. In Nederland heet hij de grote zwartwordende
bovist. Merkwaardig eigenlijk. Alweer een naamgeving die meer over het
aftakelingsmoment gaat dan over de mooie bloeiperiode.
Dit exemplaar is de grootse die Hank ooit in z'n leven gezien heeft. Hij stond
op het erf van Cor en Margreet van der Tol in Nijelamer. Het zijn nét
een paar billen. Hank heeft er later zijn Nokia 3210 tegenaan gezet om de kijker
de juiste verhouding te kunnen laten zien. Als je op de foto
klikt voor de grote versie, besef je pas hoe groot deze bovist is.

EVEN EEN KLEINE ZIJSTAP.
Misschien komt er nog eens een hele pagina over de kaas-boerderij 'Nijehaeck'
van Cor en Margreet van der Tol in Nijelamer, maar Hank vindt het hoog tijd dat vast
wat aandacht komt voor deze kleinschalige commerciële activiteit. Alle
kaassoorten maken ze er namelijk zelf en het winkeltje is alleen op vrijdag
open.
Het ruikt er natuurlijk zoals het op een koeienboerderij hoort te ruiken, maar
echt heel erg bijzonder is hun karnemelk. Zomers helaas vaak uitverkocht. Hank
is liefhebber en noemt een aantal merken. 'Die van Albert Heijn is goed, die van
Super de Boer te zuur en van 'Den Eelder' komt in de buurt, maar die van de
Nijehaeck helemaal top! Als je op de foto klikt, zie
je hele boerderij. Te vinden op Stadburen 10 Telefoon: 0561-617478.

KORTOM 'LANDLEVEN'.
Volgens sommigen is dat een maandblad voor de grote 'proleten'. Ja,
inderdaad er staat ook het één en ander voor de 'rich
and famous' in, poenige dingen en het perfecte
droomhuis buiten. Te grote panden en altijd 'helemaal zelf opgeknapt'.
Maar je kunt er veel in vinden en kijken over het houden van beesten en klein
vee, het aanleggen van bloemen- groenten en fruittuinen. Specifieke dingen voor
buitenwoners en buitenlevers zoals Hank en z'n vrouw. En de drukkwaliteit, de
foto's en de layout, daar is natuurlijk helemaal niets mis mee.

'NOORDERLAND'
heeft als ondertitel lekkerland, sfeerland, woonland, dierenland, geboorteland.
Zit in hetzelfde genre, maar is veel nuchterder/normaler van opzet, maar gaat
uitsluitend over der drie noordelijke provincies Groningen, Friesland en Drenthe.
Is ook in het westen hier en daar te koop.
Toch is dit blad ook ideaal
voor de westerlingen omdat er naast de redactionele stukken ook veel aandacht is
voor lokale activiteiten en de echte plattelandswinkels. Gek genoeg staat de
kaasboerderij van Margreet en Cor er nu weer even niet tussen...

POMPOENEN
zijn gewoon. De meeste mensen leggen ze als versiering romdom het huis. Maar de
oorsprong van de pompoen ligt in Mexico en het noordelijk deel van Zuid-Amerika.
Er zijn aanwijzingen dat de pompoen er al 7000 jaar voor Christus geteeld werd.
Pompoenen zijn nog steeds belangrijk voor de familielandbouw van Zuid- en
Midden-Amerika. Vaak worden ze tussen andere gewassen geteeld.
Niet alleen de vruchten, maar ook de bloemen, jonge stengeltoppen en zaden
worden gegeten. De pompoen behoort tot de komkommerachtigen, evenals de augurk,
courgette en meloen. Er zijn al zaden gevonden van 7000 tot 5500 voor Christus.
Verwijzingen naar pompoenen gaan vele eeuwen terug.

DE
NAAM POMPOEN
komt oorspronkelijk van het griekse woord Pepon; wat betekent grote meloen.
Pepon is later weer door de Fransen veranderd in Pompon, de Engelsen veranderde
de naam pompon weer in pumpion en uiteindelijk veranderde Amerikaanse kolonisten
deze naam in Pumpkin wat bij ons pompoen is... (Bent u daar nog?)
Al eeuwen geleden gebruikten de Indianen pompoenen als hoofdgerecht bij hun
dagelijkse voeding. Ook droogden zij stroken pompoen en vlochten daar
matten van en roosterden stroken pompoen op een open vuur om ze daarna op te
eten. Toen de kolonisten arriveerden zagen ze de pompoenen
bij de Indianen en zo werden ook de pompoenen in hun dagelijkse voeding
opgenomen.

NET ZOALS VANDAAG DE DAG
waren er toen al tal van verschillende recepten van desserts van bijvoorbeeld
pompoenensoep tot stampot. De oorsprong van het ontstaan van de pompoenen pastei
is zoals ze denken gekomen doordat de kolonisten de top van de pompoen eraf
sneden, de zaden eruit haalden en vulden de pompoen met melk spijzen en honing.
De pompoen werd dan gebakken in hete as van een uitgaand vuurtje.
De Pompoenfamilie is enorm
uitgebreid. De latijnse naam van de soort hiernaast is cucurbita maxima. Tot de familie behoren o.a.
de kalebas, sierkalebas, courgette. Het geslacht van de Pompoenen behoort tot de
familie van
de komkommerachtige, waartoe ook de meloenen worden gerekend.

EEN ECHT OLDELAMERS POMPOENBROOD. De pompoen is
een eenjarige klimplant die in Midden-Amerika in het wild voorkomt. Het
vruchtvlees van de Pompoen is vaster en minder waterig dan van de komkommer. De
smaak van de oranje soorten doet denken aan wortel, maar meliger. Groene soorten
hebben een notensmaak. De ene pompoen is zoeter dan de andere.
De ronde soorten worden in
Nederland pompoen genoemd, de langwerpige courgette, de paddenstoel vormen
patisson. Pompoenen kunnen in vele klimaatom-standigheden worden gekweekt, dus
ook in een gematigd klimaat, maar ze kunnen niet tegen vorst!

RODE BONEN. Het zijn er
hiernaast nog niet zoveel en liggen te drogen in een rietmand. Tegenwoordig zijn
bonen onalledaags voedsel geworden. Onze slankheidsidealen hebben daar toe
bijgedragen. Bonen bevatten nogal wat koolhydraten. En als je een slechte
'verbranding' hebt, draagt het bij aan ongewenste vetrolletjes. Maar als je
actief bent, kun je er best veel van eten. Zo is Hank gek op Chili con Carne.
Bonen met gehakt, tomatensaus, pepertjes en allerlei andere lekker dingetjes er
doorheen plus rijst. Heerlijk! Bonen leveren veel eiwitten, mineralen, vitamine
B en voedingsvezels. Kortom; bij Hank thuis zit de boon in het
basisvoedselpatroon. (dat rijmt!)

BLAUWE BONEN.
De allereerste oogst ligt nog steeds in de zon te drogen. Ze liggen op
keukenpapier in de vensterbank. Hank vindt de kleurschakering mooi en neemt ze
even mee naar de huiskamer. Hij is vastbesloten om er een mooie foto van te
maken. Hiernaast een eerste probeersel.
Als je op de foto klikt, zie
de uiteindelijke ansichtkaart versie. Nog niet te koop, maar wie weet! De
Latijnse tekst klopt niet helemaal, want je ziet zo ongeveer alle soorten bonen
die er in Nederland gekweekt worden. Het zijn: (moet Hank nog even uitzoeken...)

ZIE
hoe de herfst zich weer in pracht ontsluit
de bermen vol met teunisbloemen
waarrond nog fel de bijen zoemen.
Voor zoveel gevels fier het kaasjeskruid:
roze of wit, een stralend jonge bruid.
En onverwoestbaar gele paardenbloemen: zie hoe de herfst zich weer in kleur
ontsluit.
Voor het oog de stille en rijpe buit:
heksenkringen die plots opdoemen,
appels in hun gouden glans te roemen.
Geen vorst nog die de rode roos uitluidt:
zie hoe de herfst zich weer in pracht ontsluit die de zon vormt in de natuur
hoor ik eikeltjes tikken, en geniet
van stilte en kalmte zo puur.